-
1 Auffassung
Auffassung〈v.〉1 opvatting, mening♦voorbeelden:verschiedener Auffassung sein • van mening verschilleneine Auffassung von etwas haben • een mening over iets hebbenzu einer Auffassung gelangen • tot een mening, opvatting komender Auffassung sein, dass … • van mening zijn dat … -
2 Ansichtssache
-
3 Auffassungssache
-
4 das ist Ansichtssache
-
5 das ist Auffassungssache
Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > das ist Auffassungssache
-
6 geteilter Meinung sein
-
7 teilen
teilenI 〈overgankelijk & onovergankelijk werkwoord〉♦voorbeelden:jemandes Freude, Glück teilen • in iemands vreugde, geluk delenmit geteilten Gefühlen • met gemengde gevoelensgeteilter Meinung sein • van mening verschillenin Gruppen teilen • in groepen in-, verdelenetwas unter den Kindern teilen • iets onder de kinderen verdelen2 zich splitsen ⇒ zich delen, zich vertakken3 uit elkaar gaan, uiteengaan ⇒ opengaan, openschuiven♦voorbeelden:sich in den Gewinn teilen • de winst (onder elkaar) delen -
8 verschiedener Auffassung sein
Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > verschiedener Auffassung sein
Перевод: с немецкого на все языки
со всех языков на немецкий- Со всех языков на:
- Немецкий
- С немецкого на:
- Нидерландский